De gewone en Duitse wesp maken hun nest bij voorkeur in de grond of op een andere beschutte plaats, zoals in spouwmuren en op zolders. De hoornaar maakt haar nest altijd bovengronds, zowel in en aan gebouwen als ook in bomen.
Iedere kolonie wordt begonnen in het voorjaar door een enkel individu, een vruchtbaar vrouwtje, de koningin. Ze heeft in het najaar daarvoor gepaard en komt uit haar winterschuilplaats tevoorschijn om een geschikte plek te zoeken om haar nest te maken. Dit vindt meestal plaats in april, afhankelijk van het weer. De koningin schraapt stukjes hout af van paaltjes, dode bomen e.d. en kauwt erop om er ‘wespenpapier’ van te maken. De houtdeeltjes worden bij elkaar gehouden door plakkend speeksel en vormt na droging een dunne maar zeer sterke laag papierachtig materiaal. Vervolgens begint de koningin haar nest te maken en eitjes daarin te leggen.

Uit de eitjes komen steriele werksters die het werk, zoals het bouwen van het nest en verzamelen van voedsel overnemen.
In de zomermaanden worden speciale grote cellen gebouwd, waarin de larven zitten, die koningin zullen worden. Aan het einde van de zomer legt de koningin onbevruchte eitjes. Ook sommige werksters planten zich voort zonder bevruchting. Deze onbevruchte eitjes ontwikkelen zich allemaal tot mannetjes die met de jonge “koninginnen” paren. Bevruchte jonge koninginnen vliegen uit om een rustplaats te vinden om te overwinteren. De rest van de kolonie sterft in het najaar uit. Het nest wordt het jaar daarop nooit opnieuw gebruikt. Een nest kan 5000 of meer wespen voortbrengen in één seizoen.

 

Leefwijze

Het nest wordt meestal in de bodem in verlaten muizengangen en –nesten aangelegd. Het kan ’s zomers tot een aanzienlijke grootte uitdijen en een omvang van meer dan twee meter bereiken. Het is vervaardigd uit een papiermaché-achtige massa, die door de wespen uit geraspt hout wordt gemaakt en enkele duizenden wespen kan herbergen. In de nabijheid van het nest zijn de wespen zeer agressief, echter niet wanneer zij daar ver vandaan zijn om voedsel te zoeken. Slechts de jonge, bevruchte koninginnen overwinteren.

 

Schadelijkheid

Op een gestoken plaats kan men het beste zo snel mogelijk anti-histamine-zalf, alcohol of salmiakspiritus aanbrengen; ook koude omslagen of het gebruik van een bepaalde pen met ammonia kunnen van nut zijn.
Indien een persoon na een steek bleek of duizelig wordt moet onmiddellijk een arts geraadpleegd worden.

 

Preventie

  • In de eerste plaats dienen de nodige hygiënische maatregelen genomen te worden om wespen te weren: werkvlakken, tafels, apparatuur e.d. op tijd schoonmaken; afvalbakken en vuilcontainers goed afsluiten enz.
  • Met behulp van horren en ramen en deuren en fijnmazig gaas voor ventilatieopeningen kan men de wespen buiten houden.
  • De uitvliegopening van een nest mag niet dichtgemaakt worden.